Alsof ik nooit weg ben geweest zit ik weer achter mn computer de vele e-mails te beantwoorden. De enige tastbare herinneringen zijn de foto’s en de 50 tinten rood en bruin op m’n snoet door de zon. Ik moet toegeven dat het een behoorlijke uitdaging was om na al die jaren zonder kinderen een weekje weg te gaan. Ik stapte uit mijn bekende wereld van moederen en werken, in de wereld van triatlon omringd door een speciaal Iers gezelschap. Terwijl ik daar tussen de veel te snel kletsende Ieren zat en het gesprek vooral over hardlopen, zwemmen en fietsen ging, vroeg ik me af waarom iemand deze uitdaging aan zou willen gaan. Sporten is een gezonde bezigheid en kan ook best leuk zijn maar 1,9 km zwemmen om vervolgens 90 km een berg op te fietsen en daarna nog 20 km te moeten rennen in de brandende zon is in mijn ogen toch een behoorlijk onmogelijke opgave. En dit was nog maar een halve IronMan. Toch verschenen er 3300 deelnemers aan de start om deze uitdaging aan te gaan.
In de dagen voor de race vroeg ik in mijn beste Engels wat de reden was om aan deze sport te beginnen. Well last night I couldn’t sleep. I got up and started walking. I had no one to meet. And I had no taste for talking. Seems I’m talking my whole life. It’s time I listen now. De antwoorden die ik kreeg was, dat de meeste onder hen te veel tijd hadden en die tijd opvulden met rennen, fietsen, zwemmen. Ik heb nooit tijd over gehad en zou ook niet weten wat ik met mijn tijd zou doen als ik teveel tijd had. Mezelf kennende zou zwemmen niet snel op dat lijstje komen. De lange wandelingen over het strand waren heerlijk met de zon op mn snoet en m’n voeten in het water. Muziek in m’n oren en luid zingend omdat er, behalve naked guy, die me kwam vertellen dat het geen nudisten strand was, verder toch niemand was. Vriendelijk glimlachend en snel doorlopend kwam ik tot de conclusie dat er anderen waren die meer de weg kwijt waren dan ik aangezien ik daar zomers gekleed rondbanjerde en hij weinig te verbergen had. Luisterend naar de tekst van het liedje jezelf afvragen hoe je ook alweer op dit eiland terecht bent gekomen met dit aparte gezelfschap. You may be lost in more ways than one. But I have a feeling that it’s more fun. Than knowing exactly where you are.
De dag van de race naderde. Terwijl de deelnemers zich verzamelden aan de start, zochten de supporters de zijlijn op. Van de eerste deelnemer tot de laatste werd er gejuicht, aangemoedigd en moed in gesproken. Daar langs de zijlijn snap je ineens, dat het niet gaat over te veel vrije tijd. Terwijl sommigen vrolijk lachend over de finish stuiterden alsof ze een wandelingetje in het park hadden gemaakt, kwamen anderen strompelend, maar oh zo trots binnen. Het is geen race tegen de andere 3299 deelnemers, het is een gevecht met je zelf, je grens verleggen en jezelf tegenkomen om daarna als groep met een welverdiend biertje je ervaring te delen. Waarbij de één aangenaam verrast is, dat zijn tijd lang zo slecht nog niet was en de ander baalt dat ie een slechtere tijd had dan vorig jaar. In gevecht met jezelf. Ik kan beter dus ik moet beter. Ik moet veranderen voor een beter resultaat.
Zo’n event laat indruk na. Of het nu als deelnemer is of als supporter. Ik ben blij dat ik het mocht meemaken maar ik heb niet de ambitie om aan de andere kant van het lint te lopen. I just keep on walking. Met blote voeten door het water en mijn hoofd in de wolken. Luid zingend alsof niemand het hoort en dansend alsof niemand het ziet.
“Dance like nobody’s watching; love like you’ve never been hurt. Sing like nobody’s listening; live like it’s heaven on earth.”
Precies 😉 en daar komt bij, degene die me hebben horen zingen zie ik toch nooit meer terug so why bother haha