Terwijl heel Nederland samen met Corona vakantie vierde, heb ik me de blubber gewerkt. Lange, zwoele ZOOM-meetings tijdens de hittegolf en muis-arm-opwekkende webontwerpen waren mijn dagelijkse kost in plaats van uitzicht op een verkoelende zee. Saaie kost voor de trouwe Spinsel-lezer. Toch zijn er wel veranderingen gaande in het altijd enerverende en nooit saaie leven van mij. Deze zomer werd ik gevraagd of ik twee jongeren wilde coachen. Nu coach ik al 21 jaar twee (ondertussen) jongeren maar dat is toch anders als ze je mama noemen.

Mijn eerste reactie was ‘Ik? Coachen? Wat weet ik nou, wat ik iemand anders kan leren?’ Een duidelijk geval van het impostersyndroom, ook wel het oplichterssyndroom genoemd. Voor wie hier nog nooit van gehoord heeft betekent dit, dat iemand niet in staat is zijn prestaties te internaliseren. Of in normaal Nederlands, je denkt van jezelf dat je niets weet en probeert dit verborgen te houden voor de buitenwereld zodat men er niet achterkomt dat je eigenlijk de boel oplicht en dus je succes niet verdient. Zoals je begrijpt komt dit probleem vooral bij vrouwen voor. Onzin natuurlijk want ik heb niet voor niets een vierjarige opleiding gedaan, daarna vele cursussen gevolgd en meer dan 25 jaar ervaring in de grafische industrie. Ik gooide alle bezwaren van tafel, zei ja tegen de opdracht en begon niet veel later met het coachen van twee geweldig leuke jonge mensen.

Tijdens het coachen kwam ik er achter dat mijn impostersyndroom natuurlijk hartstikke belachelijk is, want ik hoorde mezelf keer op keer vreselijk slimme dingen zeggen waar ik zelf verrast over was. Waar kwam dit vandaan? Om elke keer weer met een tevreden en voldaan gevoel terug naar huis te gaan. Het bedrijf wat mij had ingehuurd was zo tevreden over mijn kennis en kunde dat ze meer begonnen te vragen. Of ik iets van CRO af wist en of ik daar mee kon helpen? Ook daar zei ik geen nee tegen. Opnieuw kwam ik met opmerkingen en advies waarvan ik niet eens wist dat ik het in me had. De stemmetjes uit het verleden die ooit zo hard schreeuwden dat ik te dom was, goed genoeg om te trouwen en kinderen te krijgen maar verder moest ik mijn mond houden, gingen steeds zachter praten en besloten uiteindelijk in een donker hoekje weg te kruipen.

Het bedrijf besloot me nog meer uit te dagen. ‘Wil je twee dagen les geven aan 15 jongeren?’ *Slik* De laatste keer dat ik voor een groep van 50 vrouwen heb gestaan is jaren geleden maar staat me nog vers in het geheugen. Knikkende knieen, klotsende oksels en een droge mond. Het was de dag dat ik besloot dat nóóit meer te doen. Tot aan deze dag. Kan ik dit wel? Wil ik dit wel? Eén van de pestkopperige stemmetjes die uit z’n hoekje durfde te komen daagde me uit. ‘Dit kan jij niet. Zeg nee. Wat een onzin, jij voor een klas?’ Ik negeerde het stemmetje en vroeg advies bij een collega die op simpele en snelle wijze een antwoord uit mij trok. Wat is je angst en waarom wil je het wel doen?

Het is duidelijk. Ik ga dit gewoon doen! Net voordat het weekend begint, stuur ik de mail naar het bedrijf dat ik de opdracht graag aanneem. Ik sluit mijn computer af en plof met een hete kop thee op de bank. Even lekker zinloos kanaal zwemmen voordat ik aan mijn studie begin. “De overgang is eigenlijk het grootste cadeau van moeder natuur voor vrouwen” hoor ik ineens. Mijn duim stopt abrupt met doorzwemmen en luister naar wat Arjan de Boswachter te vertellen heeft. “Normaal wanneer dieren niet meer vruchtbaar zijn gaan ze dood. Anders wordt de populatie te groot.” Oh lekker dan, dus mannen leven twee keer zo lang als vrouwen, denk ik bij mezelf. Hij gaat verder. “Maar in de mensenwereld krijgen vrouwen hun derde levenstaak na de overgang. Ze worden dan leiders.

Verdomd! Hij heeft nog gelijk ook. De puzzelstukjes vallen weer geweldig op z’n plek.
De interviewer kapt hem verder af in zijn geweldige verhaal. Ik heb genoeg gehoord. Ik klik de tv uit en begin aan mijn studie. Met een glimlach bevestig ik zijn verhaal. Ik vind het een goed verhaal. Van impostersyndroom naar leiderschap!

Loading